Wij pakken onze rol wel. Wanneer we die krijgen.

Je ziet het steeds meer, daktuinen, groene gevels én de ambitie om levende gebouwen te realiseren. In Eindhoven staat de Trudo Toren, Utrecht opent volgend jaar Wonderwoods en in Amsterdam Sloterdijk wordt Vertical opgeleverd, allemaal  mixed-use gebouwen die worden verkocht met de omschrijving ‘leven in een verticale tuin’.

Prachtig toch? Als groentechnisch ingenieursbureau kunnen wij niet anders dan dit toejuichen. De constructie en aanleg van groen op en aan gebouwen legt echter een diepgewortelde gewoonte bloot die al jaren bestaat en die wij als groenprofessionals niet langer moeten tolereren. Om levende gebouwen te realiseren met planten die niet al voor de oplevering doodgaan, moeten kennis, kunde en vaardigheden van de groensector bijtijds worden betrokken én de waarde hiervan moet erkend worden. Daar ontbreekt het tot op heden nog wel eens aan.

Hoe vaak niet is de buitenruimte of ‘het groen’ een sluitpost in de begroting of het laatste waar goed over wordt nagedacht? Een hovenier, tuinarchitect of engineer wordt pas gebeld wanneer het gebouw min of meer klaar is. Wil je groen aan of op het gebouw, dan kan dat niet meer wanneer het gebouw wordt opgeleverd. Wie de groensector, al dan niet tijdelijk, opzijschuift bij een bouwproces waarin een sterke focus ligt op groen en duurzaamheid, waarbij het groen zelfs het sterkste verkoopargument is, laat een onmisbare schakel in het proces weg en start te laat met engineeren. Groen op en aan een gebouw moet meelopen vanaf het ‘fundament’ van het gebouwontwerp.

Tonnen duurder uit

Er wordt van alles bedacht, het een nog mooier dan het ander. Gek genoeg wordt er met regelmaat vergeten om een groentechneut te laten berekenen of dat alles technisch wel mogelijk is en of de groeninvulling wel geschikt is. Dat kan leiden tot een plan dat gigantisch kan falen. Het wegbezuinigen van een groentechneut kan later tonnen kosten omdat er reparaties nodig blijken te zijn of omdat het simpelweg onmogelijk blijkt te realiseren wat er via de verkoopbrochure of belofte is gepresenteerd.

Het komt nog steeds voor dat bouwaannemers voor een zo laag mogelijke prijs hun werk, gebouw en het bijbehorende ‘groen’ willen realiseren, vanuit hun eigen visie en perceptie kennis op tafel leggen en zo proberen de werkzaamheden praktisch en zo simpel mogelijk te realiseren. Zonder onafhankelijke blik van een groentechnisch ingenieursbureau is dit onmogelijk. Waterretentie, substraat, irrigatie, beplantingskeuze, de bijzondere klimaten die kunnen ontstaan doordat elke zijde van een gebouw op een andere windrichting staat, zijn belangrijke pijlers die bepalen wat de voorwaarden zijn om de beplanting te laten floreren. Hoe leg je dit alles aan en wat heeft de bouwconstructie nodig om de groenopbouw te kunnen dragen en hoe is het later goed en veilig te onderhouden?

Als onafhankelijk groen ingenieursbureau kijken wij naar al deze aspecten en nog veel meer. Liefst al vanaf de tenderfase, dus vanaf het prille begin van elk project. Wij weten waar we het over hebben en pakken deze rol natuurlijk graag op. Alleen moeten we ‘m ook krijgen en daar ontbreekt het nogal eens aan.

Het spel van de gewichten

Neem nu eens substraat. Balkons, zeker uitkragende, krijgen te maken met substantieel gewicht van een dik pak substraat met waterretentie eronder. Daarom moet er in een vroeg stadium worden gerekend in kilogrammen per vierkante meter zodat de bouwconstructie daarmee rekening kan houden. Er kunnen zwaardere wapening, balken of vloeren nodig zijn. Natuurlijk zijn er kunstgrepen uit te halen met EPS-platen, glasschuim of met lava. Mensen, in EPS groeit niks!

Hoe dan ook moet dit spel, ik noem dit weleens het spel van de gewichten, met de bouwer, constructeur, installateur en de groentechneut worden gespeeld en al vanaf de tekentafel. De groensector is een volwaardige discipline en zo moeten wij ook erkend  worden. Vanaf de allereerste minuut. Hiermee voldoe je als opdrachtgever ook aan de opdracht die de overheid en het klimaat aan ons vraagt en krijgt de koper, huurder en belegger van het gebouw wat ze denken gekocht te hebben vanaf verkoopverhaal of verkoopbrochure. En, waarbij het groen ook te beheren en duurzaam in stand te houden is!

Ivo Stevens

Directeur SmitsRinsma